maandag 20 juli 2015

Venetie, dag 2 & 3

De andere grote expositie van de Biennale speelt zich af in het Arsenaal, de voormalige scheepswerf van Venetie, waar de schepen werden gebouwd waarop de macht van de stad was gebaseerd.

Een van de meest opvallende kunstenaars hier was oudgediende Georg Baselitz, die altijd alles op z'n kop schildert (althans, dat moeten we aannemen. Wellicht wordt z'n werk alleen maar ondersteboven geexposeerd). Minstens tien grote mensfiguren, terwijl, eerlijk is eerlijk, drie ook wel genoeg was geweest.

Een heel bijzondere werk was van Kutlug Ataman, een 'plafond' van golvende LCD-panelen met zo'n 10.000 portretfoto's. Maja Bajevic had dan weer de moeite genomen om spreadsheets over economische ontwikkelingen met naald en draad op kussenslopen te vereeuwigen. Ook leuk.

Maar daarnaast ook weer heel veel tekst aan de wanden (d.w.z. kunst die veel uitleg vereist, en zelfs dan meestal niet te volgen is).

De laatste dag hebben we veel op boten gezeten, met een tochtje naar Mazzorbo, Burano en Murano. Qua temperatuur ook iets beter te doen, op het water. En de volgende dag met een mooi begin van de terugreis: de boot zet je zo af op vliegveld Marco Polo, aan de rand van de lagune. We zijn, qua kunst dan toch, weer helemaal bij.

Bij de foto's:
- linksboven: Drie maal Georg Baselitz en één maal Loes
- rechtsboven: Ronald maakt nieuwe vrienden in de kathedraal van Burano
- linksonder: de gekleurde huisjes van Burano
- rechtsonder: Kutlug Ataman in het Arsenaal

zaterdag 18 juli 2015

Venetie, dag 1

Omdat we deze zomer geen grootse plannen hebben, hadden we besloten om dan maar in juli naar de Biennale in Venetië te gaan. Nu, dat hebben we geweten, want het was daar nog nooit zó heet en zó druk. Maar zoals altijd weer blijkt, op de exposities van de Biennale is het een stuk rustiger en koeler dan op Piazza San Marco en de omliggende steegjes. Dus alleen al om die reden hebben we een boel kunst tot ons genomen.

In de Giardini (in het zuiden van de stad) waren de landenpaviljoens van Rusland en Japan fantastisch. Bij de russen stond een drie meter hoog hoofd van een straaljagerpiloot, inclusief zuurstofmasker en (de projectie van) schichtig rondkijkende ogen achter een pilotenbril. Intrigerend, en omdat je er net om een hoekje tegenaan stommelde, ook een leuk schrik-effect.

De Japanse Chiharu Shiota was meer van de esthetiek. Twee verweerde vissersbootjes, verdwaald in een woud van rode draden en eindeloos veel oude sleutels. Een prachtig effect, maar moeilijk te verplaatsen (zonder het hele paviljoen mee te nemen).

Er was meer fraais (het Australische paviljoen, met een eigenaardige verzameling quasi-etnografische voorwerpen), en ook best veel minder fraais (zoals een performance waarbij uur na uur, dag na dag, de pagina's van speciaal daarvoor gedrukte boeken ritueel werden/worden losgesneden. Vergeleken hiermee is het groeien van gras bijna een Formule-1 race).

Na een lange dag en een overdaad aan kunst enigzins kunstdoof teruggekeerd naar Casa Priulli.

Bij de foto's:
- linksboven: Chiharu Shiota in het Japanse paviljoen
- rechtsboven: Ronald begrijpt het niet helemaal
- linksonder: de Brazilianen hadden een gat in de muur van hun paviljoen aangebracht, en het daarbij gelaten
- rechtsonder: een feestelijk bootje ter gelegenheid van het Festa del Redentore, waarmee sinds 1576 het einde van de pestepidemie wordt herdacht.